De elfjarige Margaret uit New York verhuist met haar gezin naar New Jersey. Terwijl haar moeder christelijk is, belijdt haar vader het Joodse geloof. Margaret is vrij opgevoed en voelt zich niet verwant met een religie, maar bidt op geheel eigen manier tot God. In de hoop een antwoord te vinden op haar eigen geloofsovertuiging besluit ze zich voor een schoolopdracht te verdiepen in religie.