“Een jongen met pyromanie probeert het verlies van zijn gezin te verwerken terwijl hij zich afvraagt of hij de schuldige is. Het inwonen bij zijn grootvader maakt het er niet gemakkelijker op. Het contrast tussen jong en oud is groot. Het gedeelde verlies leidt tot uiteenlopende visies en blijvende littekens. De relatie tussen de twee zorgt voor een dubbelleven in gevoelens waarbij de troost eerder in dieptes gevonden moeten worden.”