Als reuzen sterven laat drie generaties terugkijken op het straatgebeuren rond feesten en manifestaties. De grootvader verschijnt als een geest en hij vertegenwoordigt stoeten die in opdracht van steden en gemeenten werden georganiseerd. Het is zijn zoon die de stoeten plaatst in een geheel van processies, historische stoeten, parades, traditionele feesten en carnavalsfeesten. Kritiek en aantrekking spelen hun spel. De kleinzoon zoekt tenslotte naar eigentijdse vormen en wijst op betogingen, manifestaties. De straat terug opeisen, gemeenschap vormen, gedachten uitdrukken op straat, samen buiten, ... ‘De straat de moeder van de democratie’, zo klinkt het via een robot-gestuurde hoorn. De straat uit handen geven is vrijheid verliezen.